Artikel 164 van de Wegenverkeerswet bevat de wettelijke grondslag om een rijbewijs in te vorderen.
Op grond van artikel 164 lid 1 van de Wegenverkeerswet bent u verplicht om uw rijbewijs af te geven als de politie overgaat tot invordering van het rijbewijs. Weigert u mee te werken aan de afgifte van uw rijbewijs dan riskeert u een gevangenisstraf voor ten hoogste twee maanden en/of een geldboete van de tweede categorie. Daarnaast heeft de politie de bevoegdheid om uw motorrijtuig in bewaring te stellen als u weigert. De kosten hiervoor, zoals het wegslepen, komen voor uw rekening. U doet er derhalve verstandig aan om uw rijbewijs in te leveren op het moment dat uw rijbewijs wordt ingevorderd door de politie. Advies is dan wel om zo snel mogelijk contact op met te nemen met een van onze gespecialiseerde verkeersstrafrechtadvocaten om u te voorzien van de beste bijstand.
Maar op welke gronden kan de politie nu het rijbewijs invorderen?
Hierbij dient te worden gekeken naar artikel 164 lid 2 en lid 3 van de Wegenverkeerswet.
Uw rijbewijs kan worden ingevorderd bij overtreding van artikel 8 van de Wegenverkeerswet, oftewel het rijden onder invloed van alcohol. De invorderingsgrens ligt voor een beginnend bestuurder bij meer dan 350 Ugl en bij een ervaren bestuurder bij meer dan 570 Ugl. Tevens kan uw rijbewijs worden ingevorderd als u weigert mee te werken aan een adem- of bloedonderzoek.
Uw rijbewijs kan ook worden ingevorderd als u staande wordt gehouden na overschrijding van de maximumsnelheid met 50 kilometer per uur met een motorvoertuig anders dan een bromfiets. Maar ook als u staande wordt gehouden omdat u als bestuurder van een bromfiets meer dan 30 kilometer per uur te hard heeft gereden. Daarnaast kan uw rijbewijs worden ingevorderd op het moment dat u de veiligheid op de weg ernstig in gevaar hebt gebracht.
Op grond van artikel 164 lid 4 van de Wegenverkeerswet is de officier van justitie bevoegd om uw rijbewijs onder zich te houden totdat de strafbeschikking onherroepelijk is geworden, er uitspraak is gedaan door een rechter of de opgelegd rijontzegging is verstreken. Dit is het geval indien sprake is van artikel 164 lid 2 onder a, b, d of e van de Wegenverkeerswet of op grond van andere feiten en/of omstandigheden waarbij de kans bestaat dat de bestuurder wederom een feit zoals bedoeld in lid 2 of 3 zal begaan.
Artikel 164 lid 5 van de Wegenverkeerswet geeft de officier van justitie de bevoegdheid om de inhouding van uw rijbewijs te schorsen als hij besloten heeft uw rijbewijs onder zich te houden zoals hierboven beschreven. De inhouding van het rijbewijs geldt dan simpelweg niet. Schorsen van het ingehouden rijbewijs door de officier van justitie is mogelijk indien:
- het CBR uw rijbewijs heeft geschorst;
- het rijbewijs op grond van artikel 124 ongeldig is verklaard;
- u de rijbevoegdheid is ontzegd.
Zolang de onderdelen a, b en c zoals hierboven beschreven van toepassing zijn, duurt de schorsing van de inhouding voort.
Teruggave rijbewijs
Op grond van artikel 164 lid 6 van de Wegenverkeerswet dient de officier van justitie binnen tien dagen na de dag van invordering van uw rijbewijs te beslissen over de inhouding van uw rijbewijs. Onze gespecialiseerde verkeersrechtadvocaten kunnen voor u een verzoek tot teruggave van uw rijbewijs indienen bij de officier van justitie, ten einde uw rijbewijs zo spoedig mogelijk terug te krijgen. Wordt er geen beslissing binnen die tien dagen genomen, dan krijgt u uw rijbewijs van rechtswege terug.
Een andere reden voor teruggave van uw rijbewijs is als er ernstig rekening moet worden gehouden met de mogelijkheid dat aan u geen onvoorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid wordt opgelegd door de rechter of bij het uitvaardigen van een strafbeschikking dan wel geen onvoorwaardelijke rijontzegging die langer is dan de tijd dat uw rijbewijs reeds is ingevorderd of ingehouden is geweest. Tevens dient u uw rijbewijs terug te krijgen indien uw zaak niet binnen zes maanden na de dag van de invordering inhoudelijk wordt behandeld door de rechter of aan u een strafbeschikking wordt uitgevaardigd.
Een strafrechtelijke teruggave van uw rijbewijs betekent nog niet automatisch dat u uw rijbewijs ook daadwerkelijk terug krijgt. Het kan zijn dat uw rijbewijs direct wordt doorgestuurd naar het CBR, indien uw rijbewijs ongeldig is verklaard door het CBR of de geldigheid daarvan is geschorst, of naar het CJIB als er sprake is van openstaande geldboetes waarvoor verplichte inlevering wordt gevorderd.
Klaagschrift
Op grond van artikel 164 lid 8 van de Wegenverkeerswet is het mogelijk om een klaagschrift in te dienen tegen de invordering of inhouding van uw rijbewijs. Het klaagschrift dient ingediend te worden bij de rechtbank binnen het arrondissement waar u de overtreding hebt begaan waarvoor uw rijbewijs is ingevorderd. Wees verstandig en schakel direct een van onze gespecialiseerde verkeersstrafrechtadvocaten in, zodat u zeker weet dat u voldoet aan alle juridische vereisten om uw rijbewijs terug te krijgen. Er kan immers maar eenmaal een klaagschrift worden ingediend en er is geen mogelijkheid om hoger beroep in te stellen.
Schadevergoeding
Mocht de strafzaak jegens u eindigen zonder dat aan u een straf of maatregel is opgelegd en uw rijbewijs derhalve onterecht is ingevorderd en ingehouden geweest, dan heeft u recht op schadevergoeding voor de tijd dat u het rijbewijs kwijt bent geweest. Hiervoor dient een apart verzoekschrift te worden ingediend. Onze gespecialiseerde verkeersstrafrechtadvocaten kunnen u hier uiteraard bij helpen!